De les begint met een opwarming aan de ‘barre’ en gaat verder met oefeningen ‘au milieu’. In verschillende kleine combinaties worden de basispassen, bewegingstechnieken en hun varianten aangeleerd. Elke groep heeft zijn repertoire: van klassiek I naar klassiek IV evolueren we van eenvoudige samengestelde bewegingen naar steeds meer gecompliceerde technieken en combinaties.
De dansers hebben de verschillende bewegingstechnieken en terminologie van het klassiek ballet onder de knie. Om hen verder uit te dagen en te verrijken worden elementen uit andere dansstijlen (Lemon, Horton, Hedendaags…) in de danscombinaties verwerkt om zo te groeien in de eigen dansstijl van pArtair.
(2 niveau's)
De leerlingen klassiek ballet worden uitgedaagd om bewegingstechnieken en danscombinaties uit te voeren op pointes, waarbij hun evenwicht tot het uiterste gedreven wordt.